Friday, August 11, 2017

Dinsdag 8 augustus

We willen vandaag een flinke stap maken, dus staan we vroeg op. We moeten alle drie douchen en ik ga als eerste naar het toiletgebouw. Eenmaal daar blijkt dat je er speciale muntjes voor moet hebben. Het gebouwtje van de havenmeester zit er gesloten uit, dus ik besluit om het maar te laten voor wat het is en vanavond in de haven waar we aankomen te douchen.

Sue-Ann en Justin lopen nog even naar de havenmeester om de sleutel terug te brengen en onze borg terug te krijgen. Even later maken we los en vertrekken we. Justin verbaast zich erover dat we dezelfde weg terug gaan. Ik snap zijn denkwijze: we moeten toch verder, niet terug? Maar hij heeft zich kennelijk niet gerealiseerd dat de zijtak dood loopt.

We ploeteren verder tegen de stroom in. We lopen wel iets sneller dan gisteren: zo'n 8 km/h. Om zo min mogelijk last te hebben van de stroming neem ik zo vaak mogelijk de binnenbocht. Dat betekent bij een bocht naar links dat ik aan de verkeerde kant vaar. Voor tegemoetkomend verkeer, dat dus de stroom mee heeft, kan het handig zijn om juist de buitenbocht te nemen om maximaal van de stroming te profiteren. Beroepsvaart begrijpt dat en heeft er, in ieder geval ogenschijnlijk, geen problemen mee. Maar een deel van de andere watersporters begrijpt dat niet en het is bij een tegenligger dan altijd de vraag: wat verwacht 'ie van mij? Vorig jaar had ik al eens een boze ontmoeting met een tegenligger en ook nu komt het af en toe voor dat tegenliggers uiterst rechts willen blijven varen. In dat geval stuur ik wat meer naar het midden van de rivier.

Op een zeker moment kom ik een vrachtschip tegen met een blauw bord. Dat is vreemd, omdat opvarend verkeer bepaalt. Dat blijkt nu ook wel het geval, een vrachtschip loopt achter ons op ons in met het blauwe bord uit. Daarom heeft het tegemoet varende vrachtschip als antwoord zijn blauwe bord uit.

Enige tijd later echter kom ik opnieuw een vrachtschip tegen met het blauwe bord. Dit keer geen achterliggers, dus ik kan niet anders dan vermoeden dat de schipper toch wil dat we stuurboord-stuurboord passeren. Uiteraard heeft dat ook mijn voorkeur en is er verder niets aan de hand.

Tien voor half een zijn we op de kruising van de IJssel en de Nederrijn. Hier gaan we stuurboord uit in de richting van Arnhem. Vanaf nu hebben we stroom mee, hoewel er nauwelijks stroming staat. Volgens een pagina op het internet wordt de debiet op 25 kuub per seconde geregeld door middel van stuwen. Als ik even met google maps de afstand tussen de oevers bepaal kom ik op tenminste 90 meter. Zelfs als de rivier maar 1 meter diep zou zijn, zou dat dus een stroming opleveren van 25/90 = 0,27 meter per seconde ofwel minder dan 1 km/h. Ongetwijfeld zal de rivier gemiddeld dieper zijn dan een meter, dus van stroming is nauwelijks sprake.

Tien minuten later varen we de RZV Jason in Arnhem voorbij, waar we vorig jaar hebben gelegen. Ik wijs het Sue-Ann aan, maar ze herkent het niet. Ze blijft stug volhouden dat we dáár niet gelegen hebben. Dus ik keer om en vaar de haven in. "Ja, dat klopt wel, we lagen aan de andere kant van dat gebouw!"  Ze zal niet toegeven dat ze ongelijk had...

We keren om en varen weer verder. Het regent, ik sta in mijn regenpak in de kuip te sturen terwijl Sue-Ann en Justin binnen zich vermaken. We komen een groepje andere jachten tegen, hetgeen erop wijst dat we een sluis of brug naderen. In dit geval is het een sluis.

In principe is de Nederrijn natuurlijk een rivier, maar door een aantal stuwen wordt de stroming in bedwang gehouden. Om die stuwen te passeren zijn er sluizen parallel aan de stuwen gelegd. Soms staan echter de stuwen open en kun je gewoon doorvaren. Ik weet niet goed wat me te wachten staat en of ik zal herkennen of we door de sluis moeten of door de stuw. Dat blijkt echter eenvoudig: een reeks boeien markeert de vaarweg naar de sluis, daarmee de vaarweg naar de stuw blokkerend. Op de stuwen branden grote rode lampen.

Als we even later bij de sluis aankomen raak ik even in vertwijfeling: waar een "gewone" sluis 2 lampen heeft, een rode en groene onder elkaar, daar heeft deze sluis er twee naast elkaar en 1 eronder. Een van de lampen brandt rood. De andere twee zijn gedoofd. De deuren van de sluis staan open.

Ik roep via de marifoon de sluis op en krijg als antwoord: "komt u maar verder!" Tegelijk springen de lichten op groen. Cool!

Een kwartiertje later varen we de kolk weer uit en vervolgen we onze tocht. Het is nog steeds druilerig weer en ik sta nog steeds in het regenpak te sturen. Tegelijkertijd stemt het mij positief: het water is nagenoeg vlak en de omgeving mooi. Dan bedenk ik me dat hier al eeuwen mensen varen. Ik vind dat een bijzondere gedachten.

Om tien over half drie varen we de haven van de watersportvereniging van Wageningen binnen. Aan het begin van de meldsteiger ligt al een zeiljacht te wachten, maar ik kan er voor nog liggen. Als ik bezig ben de boot daar netjes naartoe te manoeuvreren komt de havenmeester al uit zijn  gebouwtje. Op basis van de afmetingen die wij hem geven wijst hij ons box 8 toe. We liggen er pal voor, maar moeten, om met de kont naar de steiger te liggen, 270 graden draaien. Justin roept meteen hardop dat we daar niet inpassen, maar de havenmeester meldt dat er anders altijd een boot van 3 meter 30 ligt.

Met de boegschroef draaien we om onze as. Veel manoeuvreerruimte is er  niet, dus de boegschroef komt nu goed van pas. Vervolgens pruttelen we langzaam achteruit de box in, geholpen door de mensen van de Barkas naast ons. Als we hebben aangelegd zeg ik nog even tegen Justin: "zie je nou wel, we passen er wel in." Uiteraard heeft hij daar ook wel weer een antwoord op.

We zouden vandaag pannenkoeken eten en het toeval wil dat er een pannenkoekenrestaurant in Wageningen is. Dus we gaan op de fiets naar het centrum van Wageningen, naar de  Markt waar het restaurant zit. Justin bij mij achterop, Sue-Ann op de andere fiets. Als snel zijn we Sue-Ann uit het zicht. Ik kan niet zo langzaam fietsen, zeker niet met iemand achterop. Aan het einde van de dijk, waar we de bebouwde wereld in moeten, wachten we even op Sue-Ann om te voorkomen dat ze ons kwijt raakt.

Na enkele minuten fietsen hebben we het restaurant gevonden, maar het blijkt gesloten, tot 9 augustus. Misschien vakantie? Maar wat nu?

We moeten toch boodschappen doen en we zijn langs een Hoogvliet gefietst dus besluiten we op de boot pannenkoeken te bakken en de benodigdheden bij de supermarkt te halen. Op dezelfde wijze fietsen we terug. Sue-Ann blijft uiteraard weer achter...

Als we even later bij de poort van de haven zijn aangekomen moeten door middel van een code op een cijferslot naar binnen. Justin heeft de code onthouden en staat hem nu hardop te schreeuwen. Ik wijs hem erop dat die code met een reden is ingesteld en dat het daarom niet handig is om die luid rond te bazuinen.

Gelukkig werkt de code en kunnen we naar binnen. Omdat ik me zorgen maak of Sue-Ann niet verkeerd zal fietsen en zal verdwalen besluit ik haar zonder boodschappen en Justin tegemoet te fietsen. Justin brengt alvast de boodschappen naar de boot. Ik kom Sue-Ann echter al snel weer tegen dus wij volgen Justin naar de boot.

We hebben twee pitten ter beschikking en een kleine en grote koekenpan. Volgens de verhalen van Justin is hij ongeveer de beste pannenkoekenbakker van de wereld, dus hij mag zijn eigen pannenkoeken bakken. De eerste mislukt echter en meteen wil hij de handdoek in de ring gooien. We overtuigen hem daarom dat oefening kunst baart en dat hij niet meteen moet opgeven. Dus hij bakt er nog een en geeft deze aan Sue-Ann om te proeven. Als Sue-Ann na het proeven van een pannenkoek van mij te kennen geeft dat die van Justin lekkerder is, is Justin meteen weer de beste pannenkoekenbakker van de wereld en heeft hij allerlei sterke verhalen.

Het blijft rotweer: voor een groot deel van de tijd kunnen we de deur van de kajuit tijdens het bakken niet eens helemaal open houden omdat het inregent.

Als Justin na het bakken op mijn bed TV ligt te kijken vraagt hij ineens: "Van wie is deze shampoo?" Het blijkt dat ik in de haast om tussen de buien door naar buiten te gaan de tas met douchespullen van de afgelopen ochtend heb leeggekieperd op het bed. Het hoeslaken en matras zijn helemaal nat van de shampoo. Ik los het voor nu maar even op door het matras om te draaien en een schoon hoeslaken aan te brengen.

No comments:

Post a Comment