Het is de bedoeling om vandaag van Arnhem naar Nijmegen te varen. Uiteindelijk is het de bedoeling om via de Maas naar Maastricht te varen. Nijmegen is niet echt ver, maar de eerstvolgende haven is Cuijk en dat lijkt net wat te ver voor één dag. De haven in Nijmegen ligt direct aan de Waal, ten noorden van Nijmegen.
Ik bel 's morgens eerst met Patrick. Het blijkt dat zijn gezin met het binnenvaartschip in Doesburg ligt maar dat er nog geen nieuwe vracht is en dat daarom het hele gezin naar huis gaat. Omdat het voor hem niet echt ver om is wil hij wel langs komen om mee te varen. Hij kan dan met de trein naar huis als we in Nijmegen zijn aangekomen terwijl zijn vrouw Wilma met het gezin naar huis rijdt.
Het lijkt mij een fantastisch plan en ik ben dan ook zeer enthousiast. Het weer is niet geweldig, het dreigt continu en waait flink. Ik ga nog even snel naar de supermarkt voor wat boodschappen. Als ik terug kom met twee tassen achterop de fiets tref ik Patrick op het pad naar de haven. Hij neemt meteen de tassen van mij over zodat ik meteen de fiets mee kan nemen naar de boot. Zijn gezin zit al op de boot gezellig met Sue-Ann te keuvelen.
Ik heb de hele reis de marifoon nog niet gebruikt en weet dus nog steeds niet of 'ie het wel doet. Patrick is niet zo verlegen: hij zet de marifoon op kanaal 10 en roept of iemand hem hoort. Er komt geen reactie. "We proberen het straks nog wel een keer" zegt hij.
Zonen Damiën en Yarix gaan ook mee. Hun dochter gaat met moeders mee terug. De jongste draagt keurig een zwemvest.
Damiën en Yarix helpen mee om klaar te maken voor vertrek: ze maken de touwen los en Damiën ruimt de walstroomkabel op. Even later varen we de haven uit de Nederrijn op. Op het balkon van het havengebouw roept iemand dat hij het een hele mooie boot vindt. Voordat iemand kan reageren roept Patrick terug; "Hij is te koop hoor! Je kunt hem kopen!" Terwijl we de Nederrijn opvaren vertelt hij het verhaal hoe zijn vader, die scheepsmakelaar was, het jacht waarmee ze op vakantie waren in Frankrijk voor een goede prijs aan een Zwitser verkocht. De vakantie was daarmee ineens abrupt afgelopen.
Als we de IJsselkop voorbij varen naderen we een klein veerpontje. Patrick probeert via de marifoon contact te maken met de veerpont, maar er komt geen reactie. Echter, wanneer we het veerpontje voorbij zijn komt er toch ineens geluid uit de marifoon. Hij doet het!
Patrick vaart en hij vaart tussen de koppen van de kribben om zo min mogelijk tegenstroom te ondervinden. Rond tien over een ronden we de Pannerdensche kop. In eerste instantie is er nog niet veel verkeer op de Waal, maar dat wordt weldra anders. Het wordt drukker, het water wordt ruwer. We horen regelmatig schippers onderling over de marifoon met elkaar communiceren. De stemming is altijd kalm en rustig.
Op een zeker moment passeren we een tanker die zeer hoge golven trekt. Samen met de golven die door andere schepen veroorzaakt zijn en worden en de harde wind is het water ontzettend ruw. Af en toe komt er een enorme plens boegwater over me heen. Ik heb al een regenpak aan, anders was ik doorweekt geweest.
Er achteraan komen twee vrachtschepen waarvan de voorste wil oversteken naar de verkeerde kant met een blauw bord. Als pleziervaarder wil je die mensen niet in de weg zitten maar het lijkt erop dat we tussen de twee vrachtschepen door moeten schipperen met een aan de "verkeerde" kant en een aan de "goede" kant. Ik sta aan het roer, maar omdat Patrick in de buurt is vraag ik hem voor de zekerheid om advies. In eerste instantie is zijn reactie: ja, er tussendoor. Maar hij pakt snel de marifoon en roept een van de schepen op. In overleg wordt besloten dat wij uiterst stuurboord tussen de kribben gaan varen. Dan zitten we niemand in de weg. Ik constateer dat het hebben van een marifoon een enorme uitkomst is om dit soort "enge" situaties goed op te lossen.
Op de Waal hebben we stroom mee en we gaan met 2000 toeren 19 km/h over de grond! Daardoor zijn we al om twee uur bij het haventje in Nijmegen. In overleg met en ook een beetje op advies van Patrick besluiten we verder te varen en het Maas-Waalkanaal door Nijmegen af te zakken naar de Maas. Patrick instrueert mij hoe ik ons moet melden bij de verkeerspost zodat zij weten dat wij het kanaal in willen en zodat wij kunnen weten dat er niet onverwacht een schip de hoek om komt. Meteen daarna is er een sluis en ook daarvoor krijg ik instructie hoe via de marifoon contact op te nemen. We krijgen de bakboordsluis toegewezen, maar die is nog bezig met een schutting dus we moeten even wachten. Patrick wil verder varen met de elektrische besturing dus terwijl we wachten voor de sluis zet ik snel even de hydrauliekcilinder terug.
Dan gaat opeens de stuurboordsluis open, hetgeen bij ons enige verwarring veroorzaakt. Patrick vraagt via de marifoon om opheldering ("toch stuurboordsluis?") maar er komt in eerste instantie geen duidelijk antwoord. Even later blijkt dan toch dat het handiger is dat we de stuurboordsluis nemen en nadat drie vrachtschepen de kolk zijn uitgevaren mogen wij erin. Damiën neemt de afstandsbediening en vaart moeiteloos de sluis in.
Gedurende de dag heeft Patrick meerdere malen contact gehad met een bevriend binnenvaartschipper. Deze schipper is ook op weg naar hetzelfde kanaal in dezelfde richting, maar ligt nog achter ons. Als we schutten horen we via de marifoon dat het schip via de bakboordsluis geschut wordt. Patrick roept via de marifoon dat wij in de andere kolk liggen. Maar wij zijn eerder klaar en varen dus verder, Als we al een eind op weg zijn zien we in de verte aan de horizon achter ons het binnenvaartschip opdoemen.
Wij varen zo'n 12 km/h, het binnenvaartschip een paar kilometer per uur sneller. Samen met Patrick overleg ik welke haven we gaan kiezen. Opeens komt het idee tevoorschijn dan we wel kunnen vastmaken aan het binnenvaartschip achter ons en dan mee kunnen en vanavond bij hem langszij kunnen blijven liggen. En we mogen zelfs stroom van hen gebruiken. Dat lijkt me wel een grappig idee dus ik stem in.
Patrick zit nog met de schipper aan de telefoon maar vraagt hem de marifoon om te schakelen naar kanaal 15. Hij zet onze marifoon ook op dat kanaal en test even of het werkt. Vervolgens laat hij de snelheid van onze boot terugvallen terwijl het binnenvaartschip op ons inloopt en ook zijn snelheid laat terugvallen. De vrouw van de schipper komt door het gangboord aan stuurboord aanlopen met een vuistdik kunststof touw. Het is veel te dik voor de kikker voorop van de aak, maar de aak heeft midden voorop nog een soort bolder. De fietsen zitten er aan vast voor de veiligheid, maar die maken we nu even los en leggen het dikke touw erom heen. De schippersvrouw maakt het touw vast aan een bolder waarop de schipper de snelheid weer opvoert. Ondertussen maakt Patrick op vakkundige wijze nog een paar touwen vast tussen de aak en het vrachtschip. De motor van de aak laten we doorwerken om de schroefas van water voor de smering te blijven voorzien.
Damiën en Yarix zijn al aan boord van het vrachtschip ms Dibrad gesprongen en hebben de schipper al begroet. Samen met Patrick loop ik door het gangboord naar de stuurhut en maak kennis met schipper Richard Peeters en zijn vrouw Diana en hun zoontje Bradley. Het zijn vreselijk aardige mensen en het is erg gezellig. Ik vind het uitermate bijzonder dat ons bootje meegesleept wordt door zo'n groot binnenvaartschip.
Iets verderop is sluis Sambeek. Richard meldt via de marifoon dat hij een "jachie met koelproblemen" langszij heeft en dat hij na de sluis wil afmeren om te overnachten. Het mag. Als hij de motor van zijn schip uit het werk zet blijven we snelheid houden. Hij vertelt me dat nu de aak het vrachtschip aan het slepen is! Niet te geloven! Patrick gaat aan boord van de aak en schakelt de motor uit. Hierdoor wijkt het vrachtschip meteen iets naar stuurboord, hetgeen door de stuurautomaat wordt gecorrigeerd.
We hebben besloten dat we met z'n allen junkfood eten dat door Wilma, die onderweg is om Patrick en de kinderen op te halen, wordt opgehaald. We eten het als het ware picknickend op op de luiken van het vrachtschip. Wilma blijft bij ons aan boord voor de komende dagen.
Omdat we min of meer midden in de vaarweg liggen en de aak dus nogal uitsteekt vinden de schippers het nodig om een lampje op de aak te zetten. Helaas heb ik daar zelf niets voor aan boord, maar Richard vind in zijn verzameling spullen een lantaarntje dat ooit op een batterij gewerkt moet hebben. Er zit een soort fietslampje in, maar dan van 5V. Waar haal je 5V vandaan? Van de USB poort van de computer natuurlijk! Dus ik maak met wat snoer dat ik wel aan boord heb en een USB kabel het lampje werkend.
Richard vertelt mij dat hij wat irritaties heeft met zijn laptop. Ik vind dit een mooie gelegenheid om hem te helpen en we drinken een kopje thee in de woonkamer terwijl ik wat dingetjes aan zijn laptop "verbeter".
Richard begint 's ochtends om zes uur. We mogen nog een stuk met hem mee varen, maar ik moet om het schroefaslager te beschermen de keerkoppeling in het werk zetten. Als Richard morgenochtend dan gaat varen kan de schroef van de aak niet gaan meedraaien en hoeft het lager dus ook niet gesmeerd te worden.
No comments:
Post a Comment